Afvalwarmte in de circulaire economie

Geplaatst op 29-10-2018 door Stichting Warmtenetwerk

In de regio Arnhem-Nijmegen zijn twee grote warmtebronnen aanwezig die nu samen ongeveer 31.000 huishoudens verwarmen: afvalenergiecentrale ARN in Nijmegen en AVR in Duiven. Beide zijn afvalverwerkingsbedrijven. Dat ligt gevoelig als we praten over duurzame warmte. Als warmteregisseur heb ik met de provincie Gelderland, gemeente Arnhem, gemeente Nijmegen, Nuon Warmte en Alliander DGO gewerkt aan plannen voor de warmtetransitie in de regio Arnhem-Nijmegen. Hoe past warmte uit afvalverbranding in de transitie en hoe passen de afvalenergiecentrales in de circulaire economie?

 

Nederland bij de Europese top

Per inwoner was er volgens Eurostat in 2017 in Nederland 520 kg huishoudelijk afval, 3,6% minder dan in 1995. België haalde een reductie van 7,7%  in die periode. We horen bij de uitzoderingen want gemiddeld steeg de hoeveelheid afval per inwoner juist met 2,1% naar 483 kg. Hoe welvarender het land hoe meer afval is het algemene beeld. In Duitsland steeg men naar 627 kg en in het zo duurzame Denemarken zelfs naar 777 kg.

In het kader van de circulaire economie kijken we naar het aandeel recycling en niet naar de kilo’s. Daar gaan Duitsland en Oostenrijk aan kop met meer dan 60% hergebruik. België, Zwitserland en Nederland volgen met meer dan 50%. De toplanden vallen ook op doordat ze nauwelijks meer afval storten terwijl in veel Europese landen de afvalstortplaatsen nog volop in gebruik zijn. Wat na voorscheiding en bewerkingsprocessen echt niet hergebruikt kan worden, gaat de afvaloven in. Dat is in tegenstelling tot storten geen verspilling. De afvalenergiecentrales leveren bruikbare warmte en elektriciteit die voor de helft meetellen in de Europese statistieken voor duurzame energie. Opwekking van elektriciteit bij afvalverbranding wordt in Nederland al vele jaren gedaan en het wordt pas echt efficiënt als je ook de vrijkomende warmte benut om aardgas te vervangen!

Het beeld bij de afvalverwerking is totaal anders dan bij duurzame energie. Nederland zit met het aandeel duurzame energie samen met Malta en Luxemburg helemaal onderaan in de Europese statistieken waar we bij de recycling van afval juist bij de Europese top horen!

 

Van afvalverwerkers naar energie- en grondstoffenleveranciers

ARN en AVR worden direct geassocieerd met afvalverbranding. Feitelijk zijn het producenten van energie en grondstoffen geworden. Hiermee hebben ze een centrale plaats in de circulaire economie, in de transitie naar aardgasvrij en in de reductie van CO2 emissie. Het artikel op bladzij 25-27 laat zien dat nul emissie geen sprookje is. In de regio Arnhem en Nijmegen is dit traject al ingezet. AVR bouwt nu in Duiven haar eerste fabriek om CO2 uit de schoorsteen terug te winnen. ARN heeft al praktijkervaring met de levering van CO2 aan Linde. Deze CO2 haalt ARN uit het biogas dat vrijkomt bij de verwerking van GFT tot biogas. Compost uit GFT is overigens een van de belangrijke producten voor de circulaire economie. Compost is een bodemverbeteraar waar ook CO2 in opgeslagen zit.

Beide afvalenergiecentrales, ARN en AVR, zien voor zichzelf een nog grotere rol in de energietransitie; of het nu gaat om groen gas, warmte, elektriciteit of mogelijk in de toekomst waterstof. Ze hebben de ambitie om een flexibele schakel te zijn in de energievraag door verschillende energievormen op verschillende momenten aan te bieden.

En toch blijft afval de grondstof van dit alles. Is dit wenselijk met de circulaire ambitie van Nederland? En hoe duurzaam is dit nu eigenlijk? Zowel Gerard van Gorkum van ARN als Robert Hageman van AVR geven aan dat ze de rest van de rest verbranden. Er is nog geen oplossing voor alle afvalstoffen. Daarmee is recycling zonder afvalverbranding onmogelijk zolang we niet 100% circulair zijn.

In Nederland worden papier, glas, groen, plastic en restafval apart ingezameld. “Helaas,” merkt Gerard van Gorkum op, “zijn deze gesorteerd ingezamelde stromen steeds meer vervuild. Zo bevat GFT inmiddels 25% tot 30% vervuiling. Hierdoor kan slechts een gedeelte met heel veel inspanningen verwerkt worden in een hoogwaardig nieuw product als compost. De vervuilde reststromen komen dan toch terecht in de verbrandingsoven.” Ook zit er een maximum aan het aantal keer recyclen van bijvoorbeeld papier. “Na zeven keer is de vezel van papier zo fijn dat er geen nieuw papier meer van gemaakt kan worden,” aldus Robert Hageman. “Daarmee blijf je dus een rest van de rest houden die via verbranden nuttig wordt benut: warmte voor woningen en as dat in bouwmaterialen wordt verwerkt.”

 

Afvalwarmte en reductie van CO2

Het omzetten van restafval in warmte zorgt voor een CO2-reductie van 71% ten opzichte van een moderne gasketel (HR++). Om een beeld bij de vergelijking te krijgen geeft Gerard van Gorkum aan: “De verwerking van één volle zak met restafval zorgt nu voor zeven douchebeurten.” Daarmee is het omzetten van restafval via verbranding in warmte een verduurzamingsslag. Als de economie zorgt voor restafval dan is het omzetten hiervan naar energie via verbranding een prima transitiemiddel naar een circulaire economie. Natuurlijk is de wens om in een wereld zonder afval te leven. De ambitie om de gebouwde omgeving aardgasvrij te maken vergt de inzet van alle beschikbare bronnen. ARN en AVR hebben elk een heel grote bron voor regionaal gebruik. Die zal moeten worden aangevuld met andere duurzame bronnen zoals restwarmte van datacentra, rioolwater en oppervlaktewater en diepe geothermie. En wie weet wat de technologische ontwikkelingen ons nog gaan brengen voor warmtebronnen in de toekomst. Naast het leveren van warmte aan woonwijken en kantoren zullen ook bedrijventerreinen, industrie en glastuinbouw aardgas vrij worden. ARN en AVR zien ook daar kansen met duurzame warmte. Met name voor de glastuinbouw waar ook de CO2 benut kan worden als meststof.

De verwerking van afval heeft in Nederland een grote transitie doorgemaakt van storten naar hergebruik en het benutten van de energiewaarde in afval. Laten we de kansen die hier zitten benutten voor de grote energietransitie waar we voor staan.

Bron: WN Magazine – nr 31 – Herst/Winter

Auteur:
Kirsten van de Meeberg-van Gorkum, Warmteregisseur regio Arnhem-Nijmegen, Over Morgen

Lees ook onze andere berichten