WKO en distributienet voor Centrumeiland

Geplaatst op 09-10-2020 door Stichting Warmtenetwerk

Op Centrumeiland in Amsterdam worden ongeveer 1500 nieuwe woningen gebouwd. Hiervoor legde Eteck een Warmte-Koude-Opslagsysteem (WKO) aan dat alle huizen van warmte, koude en warm tapwater kan voorzien. Steeds vaker wordt door gemeenten en projectontwikkelaars voor een WKO gekozen als bron voor een distributienet. Het is een duurzame optie, maar het vereist wel optimale isolatie van de woningen. Op Centrumeiland moet de temperatuur bovendien nog per woning opgewaardeerd worden met een individuele warmtepomp.

 

“We hebben zulke grote projecten nog niet eerder gedaan. Maar ik denk wel dat er snel meer bijkomen.” Aan het woord is Gerardo Santander Naulin, assetmanager bij Eteck. “De combinatie van een WKO met individuele warmtepompen wordt steeds vaker toegepast. In de buurt van Centrumeiland is ook restwarmte beschikbaar van een energiecentrale, maar toch heeft de gemeente Amsterdam hier gekozen voor deze oplossing.” Volgens zijn collega werkvoorbereider Michael van den Berg, heeft dat niet in de laatste plaats te maken met de duurzaamheid van dit energieconcept. “Onze oplossing voor de energievoorziening op Centrumeiland is volledig CO2-neutraal.”

 

Distributienet

De WKO op Centrumeiland werkt met water dat vanuit de diepe ondergrond komt. In de zomer wordt er grondwater van ongeveer 10 graden Celsius uit de koude bron gebruikt. De energie van het grondwater wordt in een centrale technische ruimte via een warmtewisselaar afgegeven aan een distributienet dat naar de gebouwen en woningen op het eiland gaat en daar de energie afgeeft. Het warmere retourwater uit de woningen gaat via de warmtewisselaar weer de warme bron in. Vanuit de warme bron kan het water in de winter weer omhoog gepompt worden om de woningen te verwarmen. Santander Naulin: “Het water wordt dus niet opgewarmd in de centrale ruimte. Om de woningen te verwarmen wordt de temperatuur in de woningen verder opgewaardeerd met een individuele warmtepomp.” De woningen op Centrumeiland zijn allemaal nieuwbouw, goed geïsoleerd en uitgerust met vloerverwarming, waardoor deze techniek goed toegepast kan worden, vertelt Van den Berg. “Een laagtemperatuurwarmtenet was hier niet rendabel, omdat we de energie over een te lange afstand moeten vervoeren. Dus hebben we ervoor gekozen om de energie niet centraal, maar lokaal in de woningen op te wekken.”

 

Bodemgesteldheid

De manier waarop de woningen op Centrumeiland verwarmd en gekoeld worden, kan in principe overal in Nederland toegepast worden, vertelt Van den Berg. “Het kan overal, maar is wel afhankelijk van de bodemgesteldheid en andere bronnen in de buurt. In Amsterdam is de bodemgesteldheid goed, waardoor we behoorlijk diep kunnen boren. Daardoor kunnen we met relatief weinig bronnen veel huizen verwarmen en koelen. Als de bodem niet of minder geschikt geweest was, dan hadden we misschien wel vijf keer zo veel bronnen nodig. Dan had er waarschijnlijk een ander energieconcept toegepast moeten worden.”

 

Regeneratie uit IJmeer

Een ander voordeel van de locatie in Amsterdam is de mogelijkheid om de bronnen te regenereren met energie uit het IJmeer, vertelt Santander Naulin. “De bron moet in balans blijven, maar de woningen op Centrumeiland verbruiken meer warmte dan koude. Als we te veel warmte onttrekken uit de bronnen, kunnen we eventuele onbalans herstellen met energie uit het IJmeer.” In Nederland komen er steeds meer WKO’s bij die elkaar niet onderling mogen verstoren, legt Santander Naulin uit. “Op sommige plekken is de bodem al vol. Soms kun je dan met elkaar nog kijken of je ruimte kunt creëren door de vergunning aan te passen, maar dat is niet altijd mogelijk. In Nederland wordt hier kritisch naar gekeken door de omgevingsdiensten. Zij bepalen of je een vergunning kunt krijgen. Dit speelt natuurlijk vooral in dichtbebouwde gebieden.”

 

Uitwisseling

Een belangrijk voordeel van een distributienet zoals dat op Centrumeiland is aangelegd is dat onderlinge uitwisseling van warmte en koude tussen de woningen en gebouwen ook mogelijk is. “Het is mogelijk om tegelijkertijd warmte en koude te leveren. Het distributienet is eigenlijk een grote buffer. Als een rij huizen pal in de zon staat en geen warmte van het systeem nodig heeft, kan deze warmte opgeslagen of doorgeleverd worden aan huizen die op hetzelfde moment wel een warmtevraag hebben.”

 

Vrije keuze

Op het Centrumeiland worden de komende jaren ongeveer 1500 woningen gebouwd. Iets meer dan 10% van deze woningen is verkocht als zelfbouwproject. Eteck hoopt natuurlijk dat  alle woningen aansluiten op hun warmtevoorziening. Maar de bewoners hebben hierin wel een vrije keuze, benadrukt Van den Berg. “Van zelfbouwers weten we dat ze graag dingen zelf regelen, dus als ze niet willen aansluiten op de WKO is dat hun goed recht. De alternatieven zijn een luchtwarmtepomp of elektrische verwarming. Ik denk dat die minder duurzaam zijn dan een aansluiting bij ons. Het is dus aan ons om zelfbouwers daarvan te overtuigen.”

 

Ontwerp

Een andere overweging voor de zelfbouwers is dat ze bij aansluiting op de installatie van Eteck een verbintenis aangaan voor dertig jaar. Van den Berg: “Ik begrijp dat dat voor de zelfbouwers misschien niet ideaal klinkt. Maar we ontzorgen in die periode ook volledig. Daarom zijn we al snel met ze in gesprek gegaan.” Van den Berg verwacht dan ook dat het grootste deel van de woningeigenaren wel met Eteck in zee gaat. “Daar zijn we bij het ontwerp van de installatie ook vanuit gegaan. Alle huizen op het eiland kunnen aangesloten worden. Maar een klein deel van de zelfbouwers gaat het waarschijnlijk toch zelf regelen.”

Op de foto (v.l.n.r.)

  1. Michael van den Berg met bewoner zelfbouwwoning (Foto: Eteck)
  2. Uitzicht over Centrumeiland Amsterdam (Foto: Eteck)
Auteur:
Joop van Vlerken

Lees ook onze andere berichten