Deze winter zal het nieuwe warmtenet in Zaanstad de eerste warmte afleveren bij huishoudens en instellingen. Bijzonder is dat het gaat om het allereerste open warmtenetwerk in Nederland. De gemeente Zaanstad deelt de ervaringen.
In de basisinformatie over de energie-infrastructuur, die Netbeheer Nederland heeft opgesteld ter ondersteuning van de ontwikkeling van de Regionale Energie Strategieën, krijgt het warmtenet in Zaanstad een bijzondere vermelding. Het is het enige open warmtenet waarin de rollen van de verschillende partijen (producenten, transporteurs en leveranciers) volledig gescheiden zijn.
Warmtenet als tolweg
De aanleg van de eerste fase van het Zaanse warmtenet is in januari van start gegaan. Ruim 2200 adressen (woningen, scholen en zorginstellingen) in Zaandam Oost krijgen deze winter de duurzame warmte afgeleverd. Jan Schreuder, programmamanager Zaanse Energie Agenda bij de gemeente Zaanstad, vergelijkt het nieuwe warmtenet met een tolweg. “Als gemeente hebben we partijen bij elkaar gebracht om te zorgen dat de warmteleidingen er komen. Daarmee leggen partijen als het ware een tolweg aan. Leveranciers van warmte betalen tol om van de leidingeninfrastructuur gebruik te kunnen maken.”
Warmteconcept met keuzevrijheid
Zaanstad is een stad waarin wonen en werken op een bijzondere manier samengaan: middenin de stad zijn diverse grootschalige industriële complexen gevestigd. Bijvoorbeeld een tapijtfabrikant en een fabriek die zetmeel(producten) vervaardigt. De industrie is in potentie een belangrijke bron van restwarmte. In de woonwijken in de buurt ligt een warmtevraag. “In 2009 zijn we voor het eerst aan de slag gegaan met het concept van een open warmtenet, zodat verschillende bedrijven restwarmte kunnen aanbieden”, blikt Schreuder terug. “We vinden dat daar ook bij hoort dat klanten – bedrijven, woningcorporaties en huishoudens – een bepaalde mate van keuzevrijheid hebben. Daarmee neemt de aantrekkelijkheid van het warmtenet toe. Nu wordt er nogal eens gemord over gedwongen winkelnering of over het monopolie van energiebedrijven.”
De gemeente ging op zoek naar een zakelijke rechtvaardiging om vraag en aanbod te verbinden en de aanleg van de buisleidingen op gang te brengen. “Voor een partij die het leidingennet moet aanleggen zijn er veel onzekerheden, waardoor de investeringen niet van de grond kwamen. Als gemeente hebben we een legitieme reden – de ambitie om te komen tot een CO2-reductie, waarin de warmtetransitie een stap is – om het financieringsvraagstuk op te lossen.” De gemeente investeerde daarom in de ontwikkeling van het warmtenet, waarbij het uitgaat van een relatief laag rendement en een relatief lange terugverdientijd. “Daardoor realiseren we de benodigde infrastructuur én krijgen leveranciers en klanten de komende vijftien jaar een gunstig tarief. Zo is het warmtetarief voor afnemers niet gekoppeld aan de gasprijs, maar aan de consumentenindexering.”
Samenwerken voor zekerheid
Onderdeel van de Zaanse aanpak is dat de betrokken partijen – naast de gemeente ook Firan, energiebedrijf ENGIE en woningcorporaties Parteon en Rochdale – al in de opstartfase een langdurige samenwerking aangaan. Schreuder: “Iedereen heeft behoefte aan zekerheid: leveranciers willen zekerheid over de afname en klanten willen zekerheid over de levering en de kosten. Daarom gaan we uit van een contract van vijftien jaar, dat als startmotor fungeert voor een betrouwbare warmtevoorziening.” Het warmtenet gaat warmte afleveren bij corporatiewoningen én in de particuliere sector, zowel in bestaande bouw als nieuwbouw.
Nieuwe bronnen aanboren
De biomassacentrale die op dit moment in Zaanstad wordt gebouwd zal als de eerste bron voor het nieuwe warmtenet fungeren. Op termijn zijn ook andere warmtebronnen beschikbaar, benadrukt Schreuder. “De komende periode gaan we hard aan de slag om andere bronnen aan te boren. Denk aan restwarmte uit de industrie, maar ook aan aquathermie en riothermie. Op dit moment is bijvoorbeeld geothermie nog niet haalbaar, omdat nog onvoldoende zekerheid is over vraag om de investeringen rond te krijgen. Maar via het Warmtetransitieplan kan de gemeente straks wel een rol spelen in het organiseren van de klantvraag.” Die vraag wordt uiterst actueel als de industriële spelers in de stad van het aardgas afgaan. De infrastructuur van het warmtenet is dan een basis om ook in de vraag naar aardgasvrije warmte te voorzien.
Zoektocht
“We staan als gemeente middenin het strijdgewoel van de zeggenschap over warmtenetten,” zegt Schreuder over een van de uitdagingen waarmee het nieuwe warmtenet in Zaanstad te maken heeft. “We staan aan het begin van een omwenteling die morrelt aan de bestaande structuren, processen en kaders. Daardoor is het proces om tot een open warmtenet te komen een hele zoektocht. Hoe maak je de warmtevoorziening eigenlijk open? Wie speelt precies welke rol?”
Een ander punt heeft te maken met de financiering van de noodzakelijke gebouwaanpassingen. “In Poelenburg, een van de eerste wijken die wordt aangesloten op het warmtenet, ligt een groot verduurzamingspotentieel. De woningen hebben naast de aansluiting op het warmtenet ook betere isolatie nodig en bewoners hebben het niet breed. Steun vanuit het Rijk, bijvoorbeeld via het Programma Aardgasvrije Wijken, is dan onmisbaar om de warmtetransitie op een betaalbare manier te realiseren.”
Door de open infrastructuur is er niet één partij die vanzelfsprekend het voortouw neemt om het toekomstige groeipotentieel aan te boren, signaleert Schreuder. “Wie gaat er straks voor zorgen dat de vraag naar collectieve verwarming en het aanbod van warmtebronnen toenemen? Het antwoord op deze vraag is essentieel om het netwerk te kunnen uitbreiden naar nieuwe bronnen en klanten.” Daarbij denkt de gemeente onder meer aan lokale coöperatieven waarin bewoners en bedrijven de handen ineen hebben geslagen, zoals SAENZ en WeSpark. “Zij kunnen en willen de klantvraag bundelen en de energieadministratie verzorgen, op professionele basis.”
Doelstellingen bij elkaar brengen
Zaanstad wil in 2040 klimaatneutraal zijn. Met het warmtenet wordt een belangrijke stap in deze transitie gezet, omdat het gebruik van aardgas voor verwarming hiermee wordt teruggebracht. Volgens Schreuder brengt een open warmtenet uiteindelijk de sociale, maatschappelijke en economische doelstellingen van de stad bij elkaar. “Zaanstad zet sterk in op grootschalige binnenstedelijke ontwikkeling. De komst van nieuwe bewoners levert een bijdrage aan de lokale economie. Maar de 20.000 nieuwe huishoudens geven ook een stimulans aan de verdere groei van het warmtenet.”
Op de foto: In Zaanstad Oost worden in 2019 ongeveer 2.200 woningen en bedrijven aangesloten op het nieuwe warmtenet. In januari ging in de wijk Peldersveld de eerste schop in de grond voor de aanleg van het net.
Lynsey Dubbeld