Onderzoek ecologische effecten aquathermie

Geplaatst op 12-10-2020 door Stichting Warmtenetwerk

Aquathermie is in het waterrijke Nederland een interessante potentiële duurzame bron voor warmtenetten. Maar de beheerders van oppervlaktewateren zijn vaak voorzichtig bij het verlenen van vergunningen. Dit komt doordat er nog niet genoeg bekend is over de ecologische effecten van thermische energie uit oppervlaktewater. Daarom doet het consortium WarmingUP er onderzoek naar.

 

Bij thermische energie uit oppervlaktewater (TEO) wordt warmte aan het oppervlaktewater onttrokken en wordt kouder water terug geloosd, legt Ida de Groot-Wallast van Deltares uit. Ze is projectleider voor het consortium WarmingUP dat onder meer de ecologische gevolgen van aquathermie onderzoekt. “Wat de effecten van koudwaterlozingen zijn, weten we nog niet precies. Daarom doen we er onderzoek naar. Een van de mogelijke effecten is dat ecologische processen onder water trager verlopen. Daarmee ontstaat mogelijk een mismatch tussen het gedeelte van het voedselweb dat zich onder water afspeelt en het gedeelte dat zich boven water afspeelt. Een ander effect waar we naar kijken is in hoeverre koudwaterlozingen kunnen bijdragen om de opwarming van oppervlaktewater  tegen te gaan en de waterkwaliteit te verbeteren.”

 

Koudwaterlozingen

Monitoring helpt waterbeheerders en warmteleveranciers de ecologische effecten van koudwaterlozingen in beeld te krijgen. Dat beeld is nodig om de grootschalige inzet van deze vorm van aquathermie voor de duurzame verwarming van woningen en bedrijfspanden mogelijk te maken, legt De Groot-Wallast uit. “We hebben de hoofdlijnen voor de benodigde monitoring uitgezet en zijn nu heel actief op zoek naar plekken waar we de effecten goed kunnen meten. Er zijn maar een handjevol plekken in Nederland waar deze vorm van energie al wordt ingezet voor de verwarming van een hele woonwijk. Maar vanaf volgend jaar willen we in verschillende wateren gaan meten, data met elkaar vergelijken en er lering uit  trekken.”  Daarnaast neemt De Groot-Wallast samen met een team van ecologen ook bestaande studies naar de effecten van warm- en koudwaterlozingen onder de loep. “De kennis en ervaring hebben ons bijvoorbeeld geleerd dat de sprong in temperatuur gevolgen heeft voor de ecologie. Deze bestaande kennis kunnen we inzetten om een vertaling te maken naar de effecten van koudwaterlozingen.”

 

Meer duidelijkheid

Verschillende factoren bepalen wat de effecten van koudwaterlozingen zijn, vertelt De Groot-Wallast. “Het effect is afhankelijk van de grootte van de lozing. Als de lozing klein is ten opzichte van het ontvangende oppervlaktewater, zal het verschil in temperatuur miniem zijn en daarmee ook het effect. Kleinere wateren met een hoge ecologische waarde zijn juist weer veel kwetsbaarder.” Belangrijk doel van monitoring is dat er meer duidelijkheid komt over de effecten van TEO, legt De Groot-Wallast uit. “Omdat er niet genoeg bekend is, reageren waterschappen verschillend op vergunningaanvragen voor aquathermie. Het ene waterschap staat er positief tegenover, het andere negatief en weer een andere staat het onder voorwaarden toe. Die onzekerheid belemmert de ontwikkeling van aquathermie. Als blijkt dat de effecten acceptabel zijn of zelfs positief kunnen bijdragen aan andere doelen van waterbeheerders, zoals het verbeteren van de waterkwaliteit helpt dit om een goede afweging te maken. Het maakt de weg vrij om op basis van bewezen kennis de vergunningen te verlenen en de grote potentie van aquathermie te benutten voor de energietransitie.”

 

Grote potentie

In WarmingUP werken ruim veertig partijen uit de hele warmteketen samen aan het ontwikkelen van toepasbare kennis, zodat collectieve warmtesystemen betrouwbaar, duurzaam en betaalbaar zijn voor de warmtetransitie. De kennisontwikkeling in WarmingUP en de samenwerking met het Netwerk Aquathermie zorgen ervoor dat aquathermie een alternatief wordt voor het collectief verwarmen en koelen van gebouwen, legt De Groot-Wallast uit. “Water is bijna overal beschikbaar in Nederland. In theorie overtreffen de thermische mogelijkheden van het Nederlandse oppervlaktewater de totale warmtevraag van Nederland. Het economisch potentieel wordt ingeschat op ongeveer 150 PJ per jaar, ruim 40% van de totale toekomstige warmtevraag in de gebouwde omgeving van 350 PJ per jaar.”

Auteur:
Joop van Vlerken

Lees ook onze andere berichten