Warmte- en koudenet met seizoensopslag voor Panningen

Geplaatst op 25-04-2022 door Stichting Warmtenetwerk

Het plan voor een warmtekoudenet in Panningen is beloond met subsidie in de derde ronde van het Programma Aardgasvrije Wijken. De woningen worden aardgasvrij-ready gemaakt, lokale bronnen (restwarmte, zonthermie) wekken energie op en er komt in een volgende fase een seizoensopslag in de vorm van een Ecovat.

 

“We gaan strakkes bepakt en bezakt de wijk in”. Jo van den Beucken is best wel een beetje trots dat ze in Panningen al zover gekomen zijn met het voorbereiden op een duurzame energievoorziening. Met dat bepakt en bezakt bedoelt hij: er ligt een goed uitgedacht plan om het centrum van het dorp in de gemeente Peel en Maas aardgasvrij te maken en de bewoners daarin mee te nemen. 

De PAW-subsidie is toegekend voor het eerste cluster van circa 700 woningequivalenten (WEQ’s), maar het uiteindelijke plan beslaat het hele dorp. De aanpak is zelfs geschikt voor meer dan 50 locaties in Limburg, zo is uitgezocht. ‘Het warmtekoudenetwerk kan repeteerbaar zijn voor veel bestaande woonwijken in Nederland’, zo is dan ook te lezen in het overzicht van de projecten die onlangs geld van de overheid kregen.

 

Peel Energie en GroeneWarmte
Vier jaar geleden gaat Peel Energie – de lokale energiecoöperatie waar Van den Beucken één van de oprichters van is – op zoek naar een antwoord op de vraag hoe de gemeente Peel en Maas van het aardgas af zou kunnen. Insteek daarbij: seizoenswarmte verplaatsen, van zomer naar winter. “Daar zochten we een stuk van de oplossing.”

De partner die Peel Energie daarin vindt, is GroeneWarmte in Veghel. Tot voor kort heette dit bedrijf Ecovat. Dat is tevens de naam van het product dat het heeft ontwikkeld: een groot ondergronds – 50 meter diep, 30 meter in doorsnee – buffervat gevuld met water. “Een seizoensopslag voor zowel warmte als koude”, zegt directeur Aris de Groot. “Ontwikkeld om in een bepaalde schaalgrootte uiteindelijk naar nul CO2 warmte en koude te gaan.”

Daar zijn wel eerst netwerken voor nodig, vervolgt hij. Met andere woorden: een bredere aanpak. Reden voor het bedrijf om de focus te verbreden. “Sinds begin dit jaar treden we naar buiten als GroeneWarmte. Daarmee bieden we complete oplossingen om naar aardgasvrij te gaan, als gedelegeerd ontwikkelaar voor gemeentes, woningbouwcorporaties en energiecoöperaties. Alle opslagtechnologieën zijn daarbij voorstelbaar.”

 

Netwerk en isoleren
Seizoensopslag is ook in Panningen onderdeel van een volgende fase. Fase 1 bestaat uit de aanleg van het warmte- en koudenet en het isoleren van de woningen. Van den Beucken: “We gaan met lage temperatuur – 50 graden – de woning in. Het idee leeft dat je dan voor 25.000 tot 40.000 euro per woning moet verbouwen. We hebben daar in drie proefwoningen onderzoek naar gedaan en geconcludeerd dat dit veel minder kan zijn.” 

Peel Energie en GroeneWarmte hebben een tussenwoning, hoekwoning en een vrijstaande woning (uit verschillende bouwjaren) op onderdruk gezet met inzet van een blowerdoor, om zo vast te stellen waar de warmte uit de woningen lekt. “Een leuk traject, dat veel informatie heeft opgeleverd”, zegt Van den Beucken. Conclusie: “De meeste woningen zijn geschikt te maken voor verwarmen op 50 graden, met minimale kosten.  We hebben ook ontdekt dat labels niet altijd corresponderen met werkelijk energieverbruik. Label A of B wil niet altijd zeggen dat je met 50 graden kunt verwarmen. Daarom hebben we echt gezocht naar: hoe krijg je een woning nou aardgasvrij-ready?”

 

Lokale bronnen 
Er zijn voor Warmtekoudenet Panningen diverse lokale bronnen beschikbaar, zoals de lokale steenfabriek, lagetemperatuurrestwarmte, bodemenergie en een lokale biomassacentrale. Naast de steenfabriek is ook een zonnecollectorveld gepland. “We onderzoeken of dat PVT-panelen kunnen zijn, zodat we én elektriciteit en thermische opwek hebben”, zegt Van den Beucken. 

In fase 1 komt er een clustercentrale met collectieve warmtepompen en gasketels voor de piekvoorziening. In fase 2 groeit het project en kan met een warmtetransportleiding de restwarmte, warmteopslag en zonthermie aangesloten worden.

 

Ecovat
Voorlopig idee is dat tegenover de steenfabriek dan in fase 2 het Ecovat komt dat warmte kan opslaan voor gebruik in de winter. Dit buffervat is geheel ondergronds – zodat de grond zelf kan worden hergebruikt – en bedient in de toekomst drie clusters, waarvan Panningen-Centrum met zijn 700 WEQ’s de eerste is. Seizoensopslag verduurzaamt de lokale bronnen, zegt De Groot. “Wat heel belangrijk is richting de toekomst, omdat de CO2-impact per geleverde Gigajoule steeds verder naar beneden zal worden bijgesteld.”

 

Zoekgebieden
Peel Energie en GroeneWarmte onderzochten de afgelopen jaren ook voor welke gebieden in Limburg hun aanpak technisch en financieel interessant zou kunnen zijn.  Ze kwamen op meer dan 50 geschikte locaties.

GroeneWarmte heeft hiervoor een quickscan ontwikkeld. “Software waarmee we gemeentes kunnen helpen met het doorrekenen van haalbare businesscases. Met deze tool kunnen we onder meer zien of de warmtedichtheid van een bepaald gebied groot genoeg is om een warmtenet rendabel te maken.”

Energiecoöperaties melden zich ook steeds vaker, voor een verkenning naar de mogelijkheden. “We bieden dan voor een vaste vergoeding per WEQ het hele proces aan, van initiatief tot en met realisatie. Samen selecteren we een geschikte exploitant voor de exploitatiefase. Doordat we dit hebben gestandaardiseerd, kunnen we meer snelheid maken.”  

 

Start aanleg 
In 2021 zijn de gemeente Peel en Maas en de woningcorporatie Wonen Limburg aangesloten bij het plan voor Panningen en is de PAW-subsidie aangevraagd.

Nu die is toegekend, zal komende periode draaien om onder meer het opzetten van de organisatie en het informeren van de bewoners, legt Van den Beucken uit. Hij verwacht dat de aanleg van Warmtekoudenet Panningen in het eerste of tweede kwartaal van 2023 van start kan gaan. “Eerst gaan we de woningen langs en met bewoners in overleg. Wat betekent dit nu voor hen? Doel is drempelloos overgaan. Er zal vast wel eens een hick-up zijn, maar we hebben er uitgebreid over nagedacht hoe we dat kunnen minimaliseren.”

Auteur:
Paul Diersen

Lees ook onze andere berichten