GWIB: Van vertraging naar versnelling, een stap voorwaarts

Geplaatst op 27-06-2024 door Stichting Warmtenetwerk

In Gelderland moeten vóór 2030 140.000 woningen op een warmtenet aangesloten worden. En voor 2050 in totaal 340.000 woningen. Dat is een méér dan grote opgave. Maar de warmtetransitie gaat (te) langzaam, niet alleen in Gelderland maar ook in de rest van Nederland. Als we niet versnellen, stagneert de opgave. Tijd voor actie.

 

Ook al kan en moet de warmtetransitie veel sneller in Gelderland, er zijn al diverse goede voorbeelden in de provincie te vinden, die aantonen dat het kan. Bijvoorbeeld in de Bloemenbuurt in Didam. Op 21 juni jl. lieten gedeputeerde Ans Mol – Van de Camp en diverse Gelderse wethouders zich bijpraten over dit specifieke warmtenet, de techniek erachter en de ervaringen van een bewoner. Daarnaast werd door verschillende sprekers ingegaan op de rol van warmtenetten in de gebouwde omgeving, de oorzaken van de stagnerende opgave en de rol van het GWIB bij het ontwikkelen van warmtenetten.

 

Bloemenbuurt Didam
In mei 2021 startten in de Bloemenbuurt de werkzaamheden voor de aanleg van het warmtenet. Inmiddels maken ruim 200 corporatiewoningen gebruik van de warmte voor ruimteverwarming en warm water. Hoe dat proces in Didam verlopen en ervaren is, werd met veel enthousiasme verteld door Ingrid Wolsing (wethouder gemeente Montferland) en Arjan ter Bogt (directeur woningcorporatie Plavei). Hans Otten van het Expertteam Warmte van de provincie Gelderland gaf een inkijkje in het potentieel van Gelderse warmtenetten: voor steden én kleine dorpskernen. GWIB-directeur Detlef Meijer sloot af met uitleg over de oorzaken van de stagnerende warmtetransitie en de rol van het GWIB bij de ontwikkeling van warmtenetten. 

 

Oorzaken van vertraging warmtetransitie
De oorzaken van het vertragen van de warmtetransitie ligt in een aantal oorzaken. We hebben hieronder de vier belangrijkste benoemd:

  • Ontwikkeling duurt lang
    De ontwikkeling van een collectief warmtenet duurt lang. Dat brengt veel risico’s met zich mee, vooral op politiek (bijv. veranderende wet- en regelgeving) en economisch (bijv. stijgende materiaalkosten) vlak. Detlef: “Warmtenetten zijn taaie materie. De afgelopen 10 jaar zijn er door de sector steevast 12.000 woningen in de gebouwde omgeving aangesloten op warmtenetten. Om de doelstellingen uit het klimaatakkoord te halen, zouden we in Nederland tussen de 70.000 en 100.000 woningen moeten aansluiten. We gaan dus al jaren een factor 7 te langzaam.
  • Ongelijk speelveld
    Warmte(oplossingen) worden nog altijd vergeleken met aardgas en dat creëert een ongelijk speelveld. Het is als appels met peren vergelijken. Als fossiele brandstof is aardgas eindig, uiterlijk 2050, en daarom is het noodzakelijk om het vergelijk met aardgas zo spoedig los te laten. We kunnen aardgas echter niet te duur maken, omdat energie-armoede op de loer ligt. Ook met het andere alternatief voor ‘van het aardgas af’, de individuele all-electric route, is sprake van een ongelijk speelveld: de regie op het elektriciteitsnet is wettelijk belegd bij de netbeheerders en de kosten zijn gesocialiseerd over alle klanten van de netbeheerder. Hierdoor blijft een deel van maatschappelijke kosten van de all-electric route verborgen.
  • Netcongestie
    De individuele route van all-electric lijkt dominant te worden met netcongestie als gevolg. De all-electric route ontstaat in belangrijke mate door dat ongelijke speelveld, zoals hierboven genoemd. Het brengt door (het oplossen van) de netcongestie verborgen maatschappelijke kosten (verzwaring van het collectief elektriciteitsnet) en een onzekere uitvoerbaarheid (“kan ik stroom krijgen?”) met zich mee. Detlef: “Individuele all-electric oplossingen zijn maatschappelijk gezien soms niet de aantrekkelijkste oplossing. Dit heeft te maken met de hogere totale maatschappelijke kosten, hoewel het voor de individuele klant wél het goedkoopste alternatief kan zijn. In een derde van de gevallen is een collectief warmtenet voor gemeenten vaak wél de goedkoopste oplossing om aardgasvrij te worden. Het Rijk erkent dit en is nu druk met wetgeving om het zogenaamde flankerend beleid te organiseren. Denk bijvoorbeeld aan het creëren van publieke realisatiekracht en een objectief afwegingskader tussen de verschillende opties, maar óók het oprichten van een waarborgfonds.”
  • Dalend imago door stijgende prijzen en gebrek aan transparantie
    De perceptie rondom warmtenetten is niet goed en het algeheel sentiment is de afgelopen maanden gedaald. De recente ontwikkelingen rondom de stijgende warmtetarieven, het gepercipieerde gebrek aan transparantie en het gevoel van gebonden zitten aan een monopolist, hebben bijgedragen aan die verslechterde beeldvorming.

 

Detlef, tevens Bestuurslid bij de Stichting Warmtenetwerk: “Als sector werken we hard aan het verbeteren van het imago van warmtenetten. Het tij lijkt de laatste weken weer te keren. Omdat we de goede voorbeelden laten zien. En omdat we als sector blijven uitleggen waarom warmtenetten in veel situaties maatschappelijk gezien de beste oplossing is. Transparantie is en blijft wat mij betreft key.”

Leestip: Warmtemanifest van Stichting Warmtenetwerk

 

Vertraging ombuigen naar versnelling
Het GWIB adresseert een aantal van bovengenoemde oorzaken en kan daardoor de vertragende warmtetransitie in Gelderland ombuigen naar versnelling. Detlef: “We zullen wel moeten. Het jaar 2050 is dichterbij dan je denkt. En als je te lang met de transitie wacht, wordt het vanzelf een crisis. Dat wil je als gemeente voorkomen. We moeten dus opschieten.” 

 

Ontwikkelingen
Momenteel lopen in de provincie diverse warmtenet-initiatieven, in verschillende fasen van ontwikkeling. De projecten in bijvoorbeeld de wijken Kerschoten in Apeldoorn, de Componistenbuurt in Zutphen en Eerbeek zijn al enkele jaren in ontwikkelingen en maken zeer gestage vorderingen. Sinds afgelopen november zijn daar onder andere bijgekomen Druten, Culemborg, Tiel, Doetinchem, Nijmegen, Enspijk/ West-Betuwe, Rheden, Zaltbommel en Epe.

 

Ans Mol – Van de Camp (gedeputeerde Provincie Gelderland): “Lokale energie-opwek en mooie (warmte)technieken, die beschikbaar zijn voor honderden huizen, is iets waar ik enorm in geloof. Goed dat het GWIB Gelderse steden en kleinere kernen kan ondersteunen bij een aardgasvrije energievoorziening. Het is in deze tijden fijn om te zien wat er allemaal wel kan!”

 

Bron: GWIB

Lees ook onze andere berichten