Hoe nu verder met de Warmtetransitie? Van confettikanon naar energieplanologie

Geplaatst op 10-11-2023 door Stichting Warmtenetwerk

Wat is hét energiesysteem van de toekomst? Is dat een collectief of individueel systeem? Welke duurzame lokale bronnen zijn er beschikbaar? Dit zijn vraagstukken waar gemeenten en inwoners mee te maken hebben of krijgen, om woonwijken te verduurzamen. Tegelijkertijd zijn er nog veel onzekerheden en ontbreekt het gemeenten soms simpelweg aan kennis en slagkracht. Ook het probleem van netcongestie dreigt roet in het eten te gooien.

 

Veel woningeigenaren zijn op dit moment zelf bezig met duurzaamheidsmaatregelen voor hun woning en maken daarbij een bewuste keuze voor een individuele (hybride of all-electric) warmtepomp. In heel veel situaties is dit een goede oplossing die bovendien broodnodig is voor de verduurzaming van de gebouwde omgeving. Volgens de prognose van Vereniging Warmtepompen zullen er dit jaar in de woningbouw zo’n 170.000 warmtepompen worden geïnstalleerd.

Alhoewel het logisch en begrijpelijk is dat de Nederlandse burger het heft in eigen hand neemt en individuele keuzes voor warmte maakt, is het tegelijkertijd zorgwekkend dat hierdoor op de plekken waar een warmtenet de beste optie is, dan geen goede kansen meer zijn om deze op een betaalbare manier uit te rollen. Immers: hoe meer warmtepompen er in een gebied geïnstalleerd worden, hoe minder inwoners er in dat gebied meedoen met een warmtenet en hoe kleiner de mogelijkheid wordt dat dit betaalbaar blijft voor de rest van de inwoners die op het warmtenet moeten worden aangesloten. Hierover schreef Joris Wijnhoven, specialist energiesysteem bij de NVDE (Nederlandse Vereniging voor Duurzame Energie) een artikel op Energiepodium.

 

Gezamenlijke aanpak wil niet vlotten
In het artikel zet Wijnhoven uiteen waarom volgens hem de gezamenlijke aanpak van de verduurzaming van de gebouwde omgeving niet goed wil vlotten. Wijnhoven: “Het aardgasvrij maken van een straat is niet per se eenvoudig. Iedereen die zelfs maar een ingreep aan zijn woning heeft overwogen die verder gaat dan het plaatsen van zonnepanelen, weet in wat voor een woud van adviezen, technieken, aanbieders, subsidies en praktische complicaties je verzeild kan raken. Laat staan als je huurt en dus maar weinig over je woning te zeggen hebt. Mede door de grote schommelingen en pieken in de gasprijs die we het afgelopen jaar zagen, is de verkoop van warmtepompen flink gestegen. Dit jaar gaan we hard richting de 200.000. Na de definitieve doorbraak van zonnepanelen, begint ook de warmtepomp gemeengoed te worden voor mensen die zich de aanschaf kunnen permitteren en in staat zijn het keuze- en installatieproces te handelen. Hoe anders is dat met de ontwikkeling van warmtenetten, de collectieve verduurzamingsoptie. Vooral door de al jarenlang slepende onduidelijkheid over de marktordening zijn de investeringen in nieuwe netaansluitingen flink teruggelopen.”

 

Hoe nu verder met de warmtetransitie?
Op de Energeia Energy Day was dit ook onderwerp van een verdiepende sessie met Frank Agterberg, voorzitter van Vereniging Warmtepompen en Ernst Japikse, CEO van Ennatuurlijk: Hoe nu verder met de warmtetransitie? “Tijdens deze sessie heb ik al aangegeven, dat we naar mijn mening de afgelopen jaren veel te weinig het gesprek over het betrekken van burgers bij de warmtetransitie hebben gevoerd. Én over hoe om te gaan met hybride oplossingen”, aldus Japikse.

 

Datzelfde geluid klinkt ook door vanuit gemeenten. Uit een recent onderzoek van de nationale Ombudsman blijkt dat de helft van de ondervraagde gemeenten er moeite mee hebben de burgers te betrekken in de warmtetransitie. In tegenstelling tot de transitie ‘van kolen naar gas’ in de jaren 60 hebben inwoners nu veel meer alternatieven voor de CV-ketel te kiezen en te onderzoeken. Eén van de vragen die inwoners graag beantwoord zouden willen zien, in verband met de ophanden zijnde normering van duurzame verwarmingssytemen per 2026 en de stappen die zij wel of niet zelf moeten nemen, is: komt er een warmtenet in mijn woonwijk of niet? Het is daarom belangrijk voor gemeenten om voort te maken met hun plannen en aan burgers en de markt aan te geven waar zij wel of geen warmtenetten voorzien.

Agterberg noemt de ontstane situatie “Georganiseerde chaos” als gevolg van “politiek ongeduld”. “We waren bezig met het traject van de wijken aanpakken, uit het Klimaatakkoord. De conclusie was: het gaat niet snel genoeg, het moet individueler, dus iedereen die kan en wil moet een warmtepomp ophangen,” aldus Agterberg tijdens de sessie op de Energeia Energy Day. Het effect noemt hij “een confettikanon op Nederland”, waarbij er volgens hem balans moet worden gezocht met de aanleg van collectieve systemen en ook met betrekking tot het feit dat het elektriciteitsnet op plekken (te) zwaar belast dreigt te worden.

 

Energieplanologie
Om verder te komen met de energietransitie, is een integrale benadering van het energievraagstuk van groot belang. Een serieus idee dat werd geopperd door een van de deelnemers aan de Energeia Energy Day, is dat er een masterplan moet komen. De warmte- en energievraag van huishoudens en bedrijven zou altijd centraal moeten staan. Op basis van beschikbare bronnen van warmte en elektriciteit en kijkend naar verschillende netten en opties, kan daarmee bepaald worden wat de meest geschikte oplossing per gebied zou moeten zijn. Zowel Agterberg als Japikse vinden dat een uitstekend idee, waarbij een belangrijke rol weggelegd zou moeten zijn voor de netbeheerders. Zij hebben immers de data en de kennis om deze energieplanologie te helpen regisseren, ter ondersteuning van gemeenten. Het elektriciteitsnetwerk is de basis van de infrastructuur van geëlektrificeerde wijken voor o.a. warmtepompen, en is immers per definitie óók een collectieve voorziening.  

 

Warmtepomp én warmtenet: samen prima oplossing voor verduurzaming
Zowel warmtenetten als warmtepompen spelen een belangrijke rol in de energietransitie en zullen beide een heel groot aandeel hebben in het energiesysteem van de toekomst. Daarmee is niet gezegd dat de ene techniek de andere altíjd uitsluit.

Warmtenetten kunnen warmte leveren via alle mogelijke duurzame warmtebronnen, zoals aardwarmte, zonnewarmte, bodemenergie en restwarmte uit de industrie. Naast verwarmen met stadsverwarming, is er ook steeds meer aandacht voor seizoensopslag en voor koelen. Met name bij LT-warmtenetten worden daarbij warmtenetten en warmtepompen samen toegepast. Iedereen die wil koelen en dus restwarmte heeft, kan dit opslaan in het systeem en iedereen die wil verwarmen kan de warmte ervan onttrekken. De opwaardering van de temperatuur voor ruimteverwarming en voor het maken van warm tapwater vindt vervolgens plaats met een individuele warmtepomp óf een collectieve met een distributienet.

Dit laatste heet ook wel een ‘buurtwarmtepomp’ en gaat uit van het lokaal, op wijkniveau, produceren van 100% duurzame warmte, door het combineren van een grote warmtepomp met een (zeer) lage temperatuur warmtenet. Deze centraal in de wijk opgestelde warmtepomp maakt het mogelijk om warmte met een hoge temperatuur te produceren vanuit een bronwarmte met een lage temperatuur.

Zowel de warmtenetten- als de warmtepompensector is er klaar voor om tezamen en met netbeheerders, gemeenten en inwoners écht door te pakken met de verduurzaming van de gebouwde omgeving.  

 

 

 

 

 

Lees ook onze andere berichten