Samenwerking nodig voor uitbreiding Amernet

Geplaatst op 24-06-2020 door Stichting Warmtenetwerk

Grote delen van Breda en Tilburg worden al verwarmd door het Amernet. Het plan is om het aantal aansluitingen op dit warmtenet conform de doelstellingen uit het Klimaatakkoord snel uit te breiden. Daarvoor werken de beide gemeenten samen met woningcorporaties en het warmtebedrijf Ennatuurlijk. De oplossing lijkt eenvoudig maar er zijn nog een aantal hobbels op de weg. Zo is de financiële haarbaarheid nog niet goed in beeld gebracht, zijn er zorgen over de duurzaamheid van het net en spelen imagoproblemen een rol bij het overtuigen van bewoners om aan te sluiten op het warmtenet. Perry van Happen van WonenBreburg vertelt hoe de woningcorporatie slim met deze uitdagingen omgaat.

 

Perry van Happen, programmanager duurzaamheid bij woningcorporatie WonenBreburg vertelt dat de gemeenten Breda en Tilburg willen voldoen aan de doelstellingen uit het Klimaatakkoord en daarom meer woningen willen aansluiten op het Amernet. “In Breda en Tilburg zijn al duizenden van onze woningen aan gesloten op het Amernet. Samen met de gemeenten Breda en Tilburg, andere woningcorporaties en het warmtebedrijf Ennatuurlijk bekijken we onder meer hoe we meer aansluitingen in het gebied kunnen realiseren. Daarnaast kijken we ook hoe we het netwerk kunnen uitbreiden naar andere wijken en hoe we het kunnen verduurzamen.”

 

Haalbaarheid

WonenBreburg werkt samen met de andere partijen aan een Regionale Energiestrategie (RES), vertelt Van Happen. “Het lastige is dat het een theoretische exercitie is. Er is nog niet goed gekeken naar financiële haalbaarheid. Een cv-ketel kost 1100 euro, maar een warmtenetaansluiting misschien wel het tienvoudige en dan heb je nog niets aan de woning zelf gedaan. Dat is een groot verschil. Zonder subsidie kan het dus niet.” Voor verhuurders en woningcorporaties is inmiddels de Stimuleringsreling Aardgasvrije Huurwoningen (SAH) in het leven geroepen, waarmee verhuurders subsidie kunnen krijgen voor de aansluiting van huurwoningen op een extern warmtenet. De subsidie is zowel voor aanpassingen in de woningen als voor de aansluitkosten op het warmtenet. Van Happen: “Maar voor particuliere eigenaren is er nog niets. Ook daar zal een subsidiemogelijkheid voor moeten komen. Dat is ook waar warmtebedrijven om vragen. Zij hebben garanties nodig dat ze heel veel aansluitingen kunnen maken in bepaalde gebieden om uit de kosten te komen.”

 

Potentie

Met de verschillende partijen is de potentie van het Amernet in kaart gebracht, vertelt Van Happen. “We hebben gekeken hoe we het warmtenet de komende tien jaar verder uit kunnen breiden. Belangrijk daarbij is dat we als woningcorporatie een gesocialiseerd tarief voor de aansluitkosten willen. Die zouden gelijk moeten zijn voor een bepaald type woning ongeacht hoe ver die van de bron van het warmtenet staat. Je mengt dan de woningen die duurder zijn om aan te sluiten met de woningen die goedkoper aan te sluiten zijn en komt dan tot één prijs. Op die manier kun je veel meer woningen bereiken.” Hierdoor worden de kosten voor het aansluiten van woningen op warmtenetten beter verdeeld en ontstaat een eerlijker systeem, meent Van Happen. “Ennatuurlijk is een onderneming en het is logisch dat zij de werkelijke kosten voor een aansluiting doorberekenen, maar bij andere nutsvoorzieningen is dat niet zo, daar geldt ongeacht de afstand tot het net een vaste aansluitprijs. Door één lijn te trekken met betrekking tot de aansluitkosten voor een deel van de woningen voorkom je in ieder geval dat woningen die verder van het warmtenet liggen niet en woningen die dicht bij het warmtenet liggen wel aangesloten worden.”

 

Imago

Huurders staan niet altijd te springen om aangesloten te worden op een warmtenet, beaamt Van Happen. “Het imago van warmteleveranciers speelt natuurlijk mee en mensen vragen zich af of de Amercentrale wel zo duurzaam is. Dat gecombineerd met de hoge aansluitkosten zijn voor ons de belangrijkste belemmeringen. Er zijn dus zeker hobbels te nemen.” Met goede argumenten en een passend aanbod lukt het eigenlijk bijna altijd om huurders over de streep te trekken, meent Van Happen. “Alle verandering is lastig, maar het is makkelijker dan vijf jaar geleden. Huurders zien ook in dat duurzaamheid belangrijk is en ze merken dat de gasprijs stijgt. Ze staan er dus steeds meer voor open.” Wat daarbij helpt is dat het alternatief, een all-electric-variant met een warmtepomp, voor huurders niet als positiever ervaren wordt. “Met warmtenetten vallen de kosten relatief mee en bewoners hoeven weinig op comfort in te leveren. De meeste bewoners komen van een cv-ketel, dan is een warmtepomp echt wennen. Een warmtenet op middentemperatuur zit veel dichter bij een cv-ketel.”

 

Mobiliseren

Een goede manier om bewoners mee te nemen in de overstap naar een warmtenet is het aanstellen van contactpersonen onder de huurders, vertelt Van Happen. “Door bewoners te mobiliseren als contactpersoon, kunnen we andere huurders beter en directer informeren. Vaak kennen deze contactpersonen hun medebewoners en kunnen zij de voor- en nadelen uitleggen. Ook kunnen zij ons informeren over wat er speelt achter de voordeur en hoe we bewoners het beste kunnen benaderen. Dat helpt enorm.” Maar dat betekent niet dat het makkelijk gaat, legt hij uit. “Verduurzamingstrajecten zijn veel intensiever dan reguliere onderhoudsprojecten. Er is meer aandacht voor de bewoner nodig. Je moet bijvoorbeeld ook rekening houden met de problemen waar ze zelf mee komen. Als een bewoner veel last heeft van schimmel vindt hij het belangrijk dat dat opgelost wordt en zal hij daarna eerder instemmen met een warmtenetaansluiting.”

 

Verduurzaming

Daarnaast is het belangrijk dat Amernet verduurzaamd wordt, bevestigt Van Happen. “Als je de steenkoolcentrale wilt sluiten, zet je deze woningen in de kou, dus dat is niet onmiddellijk een optie. De centrale gaat wel steeds meer biomassa verstoken, uiteindelijk zelfs 80%. Maar ook biomassa is onderwerp van discussie. Daarnaast hebben we met 17 partijen een convenant afgesloten om het Amernet verder te verduurzamen. Daarin zitten onder meer plannen voor geothermie, maar dat gaat nog wel even duren. Ook bekijken we de mogelijkheden om meer restwarmte uit de industrie van bijvoorbeeld Moerdijk te betrekken en daarnaast wordt biovergisting uit rioolwaterzuivering overwogen. Er komt meer ruimte voor decentrale opwek en Ennatuurlijk wil meerdere partijen, die over duurzame warmte beschikken, aan laten sluiten op het warmtenet.”

 

Op de foto (v.l.n.r.):

  1. Perry van Happen (WonenBreburg)
  2. Amernet in Breda en Tilburg
  3. Amercentrale
Auteur:
Joop van Vlerken

Lees ook onze andere berichten